Durven wij elkaar nog aan te spreken op asociaal gedrag?
In juli vierde ik met mijn familie een weekeinde vakantie in Zeeland. Zo kwam het dat ik samen met mijn broer, zijn vrouw, hun baby en Stephanie in noordelijke richting over de Oosterscheldekering fietste en aankwam bij de Roompotsluis. Beide bruggen over deze sluis zijn niet breed genoeg om twee auto’s elkaar gelijktijdig te laten passeren, maar toch is verkeer uit beide richtingen toegestaan. Bestuurders moeten dus soms andere bestuurders voorlaten als ze tegelijkertijd bij de brug aankomen.
Op het moment dat wij aankwamen bij de oostelijke brug over deze sluis wilden twee autobestuurders de brug over. Vanuit noordelijke richting kwam een auto met een ouder echtpaar aan, rond de zestig. Uit de zuidelijke richting kwam een Mercedes Benz SUV aanrijden, met daarin een echtpaar van rond de vijftig. Beide bestuurders wilden duidelijk als eerste de brug over en hadden geen zin om de ander voor te laten. Ze stopten allebei pas op de brug met de neuzen van hun auto’s tegenover elkaar.
Terwijl wij de brug op reden besloot de bestuurder van de Mercedes Benz uit te stappen om wat te doen aan de impasse die was ontstaan. Ik had vele manieren kunnen bedenken om de situatie met goed overleg op te lossen. Een munt opgooien, het eerste een nummer onder de tien raden. Of natuurlijk gewoon de ander de ruimte geven en eerst laten passeren. Maar deze Mercedesman had andere ideeën. Hij stapte uit, liep naar het geopende raam van de andere bestuurder en zei ongeveer “ik was eerst en als je nu niet aan niet aan de kant gaat doe ik je wat aan”. Wat er verder gebeurde kon ik niet helemaal goed volgen, maar het leek er op dat de andere bestuurder niets terug zei. Hoe dan ook, de Mercedesman liep weer terug naar zijn auto en de ander reed vervolgens achteruit.
Terwijl hij terugliep naar zijn auto passeerden wij hem op het middelpunt van de brug. Op de een of andere manier duurt het altijd even voordat dit soort stressvolle situaties met asociaal gedrag bij mij doorkomen. Een paar seconden later waren wij de brug al voorbij en zei ik dat wij de Mercedesman hadden moeten vertellen dat zijn gedrag onacceptabel was. Mijn broer en zijn vrouw reageerden dat zij het voorval genegeerd hadden omdat mijn broer kwetsbaar was met hun baby in de bakfiets. En omdat de Mercedesman ons later mogelijk met zijn auto van de weg kon rammen.
Zelf schaam ik me omdat ik niets deed, want ik beschouw mijn ‘bevriezing’ niet als een excuus. In mijn rijke fantasie blijft de gebeurtenis zich opnieuw afspelen, met alternatieve eindes op basis van hoe ik handel. In een versie heb ik een dermate imposante verschijning dat ik de Mercedesman zover krijg om zijn excuses aan de andere bestuurder aan te bieden. In een andere versie wordt ik razend zodra ik de bedreiging hoor. Ik grijp de Mercedesman bij de kraag en hussel ik hem door elkaar terwijl ik hem schreeuwend duidelijk maak hoezeer hij over de schreef is gegaan. Dan voelt de Mercedesman zelf eens hoe het is om geintimideerd te worden.
Een afweging maken of het verstandig is om in dit soort situaties in te grijpen is redelijk. Als een groep dronken mensen ’s nachts langs mij loopt in een verlaten straat en agressief gedrag vertoont zou ik ze ook uit de weg gaan en op veilige afstand de politie bellen. Ik heb echter het idee dat we te makkelijk kiezen voor de optie om niet in te grijpen. De Mercedesman was niet dronken en had zijn vrouw als bijrijder. In het onwaarschijnlijke geval van een vechtpartij had ik of mijn broer hem makkelijk aangekund. Het leek mij ook niet waarschijnlijk dat hij zijn dure auto zou beschadigen om ons even later van de weg te rammen. Hij gedroeg zich rationeel genoeg om te weten dat zijn nummerbord onthouden zou worden. Als iedereen in onze groep hem had aangesproken op zijn bedreiging was hij waarschijnlijk geschrokken en afgedropen.
Bovenstaande is natuurlijk achteraf bezien, maar de vraag is in wat voor samenleving wij willen leven. Een risicomijdende samenleving waar ieder zichzelf moet redden, of een samenleving waarin we voor vreemden durven op te komen? De andere bestuurder die geïntimideerd werd door de Mercedesman moet hebben gezien dat wij hem in de steek lieten. We kunnen altijd wel een reden verzinnen waarom we anderen beter niet op hun gedrag aanspreken. Maar wat als jij de andere bestuurder was geweest? Zou je dan begrip hebben gehad voor een groep fietsers die passeert alsof ze geen bedreiging horen?
Ik herinner mij een gebeurtenis van ongeveer vijftien jaar geleden nog erg goed. Toen ik door het centrum van Culemborg liep reed een man op een snorfiets agressief door het verkeer. Hij snauwde naar een vrouw op een fiets dat ze aan de kant moest. Vrijwel direct werd hij aangesproken door een andere man op een fiets die hem indringend vertelde dat zijn gedrag hufterig en onacceptabel was. De man op de snorfiets, duidelijk verbaasd, reed stil en rustig verder. Er waren meer mensen in de buurt, maar de man op de fiets was de enige die actie nam. De herinnering is mij zo goed bijgebleven omdat ik de man op de fiets bewonder. Iemand die bij een acceptabel risico opkomt voor anderen en hufters direct terecht wijst zonder te bevriezen.
Durven wij elkaar nog aan te spreken op asociaal gedrag? Meer lezen »