De anglisering van de Nederlandse taal

Sommige mensen denken dat de islamisering van Nederland een gevaar is voor onze cultuur. Maar ik constateer dat er ook een ander verschijnsel is dat onze cultuur als een sluipmoordenaar infiltreert, een ziekte die veel mensen niet eens herkennen als zodanig omdat hun cultureel besef al te ernstig is aangetast. Het is… anglisering. Het wordt ook de Engelse ziekte of meer specifiek Nederengels genoemd.

In beleidsnota’s die ik lees kom woorden tegen als leisure en entertainment (vertaling: zoiets als vrijetijdsbesteding en recreatie). Het woord kids (vertaling: kinderen) kom ik ook wel eens tegen, zelfs een enkele keer in communicatieuitingen van de overheid. Alsof het Nederlandse alternatief te moeilijk is met twee extra lettergrepen extra. Maar het meest walgelijke is wel lunchen (vertaling: eten, specifiek in de context van het middageten). Mijn eerste associatie is dan met het woord lynchen (ook een Engels leenwoord) en dan zal iedereen begrijpen dat ik mijn eetlust snel kwijtraak, letterlijk. Gebruik dat woord in ieder geval niet in de buurt van slechthorenden, anders vallen er misschien wel doden. Kinderen, middageten en heel veel andere dingen waar we Engelse woorden voor gebruiken zijn al eeuwen bekend bij Nederlanders en hebben een prima Nederlands woord als alternatief. Hebben we nog enig cultureel besef en gebruiken we Nederlandse woorden voor deze dingen, of zijn we slaafse, hersenloze kuddedieren die geen weerstand kunnen bieden tegen Angelsaksisch cultureel imperialisme?

Ik ben zeker geen taalpurist of meer specifiek een anglofoob. Er zijn veel Engelse leenwoorden die wij gebruiken terwijl ze een Nederlands alternatief hebben en die ik zelf ook gebruik. De Fransen hebben een Frans woord voor computer verzonnen, ordinateur, maar dat vind ik wat overdreven. Voor computer bestaat het Nederlandse totaal niet gangbare alternatief rekenaar, dat gebruik ik niet. E-mail noem ik ook e-mail en geen e-post. Mijn criterium is dat als iets nieuw is en afkomstig is uit de Angelsaksische wereld zoals een airbag, dan noem ik het geen luchtkussen maar gebruik ik liever het Engelse woord. Soms is het gebruik van een leenwoord ook onvermijdelijk omdat er helemaal geen Nederlands alternatief is, zoals bijvoorbeeld bij het woord governance. Zelfs de Engelse taal is daar niet immuun voor, bijvoorbeeld in het geval van het Duitse woord schadenfreude.

Kortom, laten we alleen Engelse leenwoorden gebruiken op basis van het criterium dat ik hier heb uitgelegd. Of we kunnen Nederlands afschaffen en met zijn allen Engels gaan praten. Wel Amerikaans Engels in plaats van Brits Engels graag, licentie spel ik toch liever als license in plaats van licence. Dat zou het leven een stuk makkelijker maken, dan kunnen we Nederlands schrappen, hebben we geen problemen meer met d’s en t’s, en hebben we ruimte voor iets anders in het curriculum. Maar laten we in ieder geval niet de heilloze weg van het Nederengels kiezen, een compromis kan inferieur zijn aan een duidelijke keuze.

1 gedachte over “De anglisering van de Nederlandse taal”

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven